Mechelen was in de 16e eeuw een belangrijke productieplaats van albasten reliëfs. Deze kleine voorstellingen waren meestal genomen uit het Oude en het Nieuwe Testament en boden de eigenaars van dergelijke tafereeltjes de gelegenheid om zich thuis (of in de kloostercel) even in devote meditatie af te zonderen. De fijn uitgesneden reliëfs werden meestal op houten paneeltjes gekleefd en voorzien van een lijst in papier-maché. De afwerking bestond vaak uit gepolychromeerde en vergulde accenten.
Goa (India), Celao (Sri Lanka), Malakka (Malesië) en Macao (China) en zelfs tot in Japan waren belangrijke handelsposten van de Portugezen. Naast handel brachten ze er ook de katholieke kerk. Lokale beeldsnijders vervaardigden, volgens Westerse richtlijnen, christelijke cultus- en (persoonlijke) devotieobjecten in ivoor. Heel populair waren de liggende Kindjes Jezus met wijsvinger aan de mond. De paxtafel in deze verzameling is om haar iconografie bijzonder interessant, terwijl het beeldje van de heilige Hiëronymus met zijn leeuw duidelijk een invloed uit het Verre-Oosten verraden.
Zoals bij schilderijen getuigen middeleeuwse houten beelden van de band tussen kunst en religie. Grote beelden en retabels stonden in kerken opgesteld voor een publieke devotie. De kleine beelden waren bestemd voor de persoonlijke devotie (zoals de Mechels ‘popjes’). De houten beelden en retabels werden door een beeldsnijder gesneden uit eik of notelaar, vervolgens door een schilder met bonte kleuren gepolychromeerd en verguld. Sommige van dit snijwerk heeft nog (gedeeltelijk) haar beschildering bewaard.
Twee bijzondere 15de-eeuwse architecturale onderdelen treffen we in de verzameling aan. Ten eerste een schaalmodel van een kathedraalgevel waarin een portaal, galerij en roosvenster zeer fijn uitgesneden zijn. Daarnaast een indrukwekkende balk versierd met engelen die het wapenschild van Firenze vasthouden. Het is afkomstig van de gevel van het natiehuis van de Italiaanse stadsstaat in Brugge en dateert uit 1460-1470. Het is daarmee het enigste gesculpteerd werk in de middeleeuwse collectie van het kasteel met een Brugse origine.
Retabels toonden taferelen uit het leven van Jezus, Maria of een heilige. De gelovigen die niet konden lezen noch het Latijn tijdens de mis verstonden, ‘lazen’ het voorgestelde als een stripverhaal. Het uitvoeren van dergelijke retabels was het werk van vele anonieme ambachtslui: beeldsnijders, vergulders, stoffeerders (schilders) en schrijnwerkers. Vooral de ateliers uit de Brabantse steden Brussel, Antwerpen en Mechelen waren gekend en leverden over heel Europa. De hier getoonde fragmenten, al dan niet nog met de originele polychromie, geven een fascinerend beeld van hun vakmanschap.
Stenen beelden werden door de beeldhouwer gehouwen uit Doornikse kalksteen of in een zachtere witte kalksteen. Vervolgens zorgde de ‘stoffeerder’ voor een bonte beschildering. De verzameling stenen beelden bestaat uit enkele vrijstaande heiligenbeelden waaronder twee beelden die de heilige Margaretha van Antiochië voorstellen, de ene is echter volgens de middeleeuwse criteria, de andere is duidelijk uit de renaissance. Verder fragmenten van een retabel en van een calvariegroep, alsook een gedeeltelijk bewaarde Kroning van Maria, een onderdeel van een architecturaal geheel uit een altaar of een boogveld van een kerkportaal. Beeldenstorm en Franse Revolutie maar ook verbouwingen door de veranderende mode zorgden dat vele sculpturen beschadigd of verloren zijn gegaan.